Information über das Wort gracht (Niederländisch → Esperanto: fosaĵo)

Synonyme: groef, sloot

WortartSubstantiv
Aussprache/ɣrɑxt/
Trennunggracht
Geschlechthistorisch weiblich, heutzutage auch männlich
Mehrzahlgrachten

Gebrauchsbeispiele

Een diepe gracht was rondom alle gebouwen gegraven en daarin was water uit de naburige beek geleid.
„In de naam Gods dan,” zei de ridder, „werp de deur open en zet de drijvende brug in de gracht.”

Übersetzungen

DeutschGraben; Grube
Englischditch; moat
Esperantofosaĵo
Französischfossé
Lateinfossa
Portugiesischcava; fossa
SaterfriesischDobbe; Graab; Grääfte; Grääb; Sloot
Schwedischdike
Spanischzanja
Tschechischpříkop
Westfriesischdobbe; sleat