Information über das Wort plat (Niederländisch → Esperanto: banala)

Synonyme: afgezaagd, alledaags, banaal, gewoontjes, nietszeggend

Komparation

			Positive	Komparativ	Superlativ
Predikativ			plat	platter	(het) platst, (het) platste
Attributiv	Unbestimmt	Männlicher und weiblicher Mehrzahl	platte	plattere	platste
		Sächlicher Einzahl	plat	platter	platst
		Mehrzahl	platte	plattere	platste
	Bestimmt		platte	plattere	platste
	Partitiv		plats	platters

Die Bommel is een platte woesteling, mijn waarde!

Uw eigen platte hoogmoed heeft u ten val gebracht.

Voor een duel zijt ge trouwens te plat.

Dat is de platste burgermanskop die ik ooit gezien heb!

Deutsch	abgedroschen; banal; fade; fad; alltäglich
Englisch	commonplace; trite; banal; bland; hackneyed; workaday
Esperanto	banala
Französisch	banal
Italienisch	allenare; banale
Latein	abiectus
Portugiesisch	banal; comun; trivial; vulgar
Saterfriesisch	banoal; flau; laf; outoarsken
Schwedisch	banal
Spanisch	banal; trivial
Ungarisch	banális; közönséges
Westfriesisch	deisk; sljochtweihinne