Information über das Wort schrijven (Niederländisch → Esperanto: verki)

Synonyme: maken, scheppen

WortartVerb
Aussprache/ˈsxrɛi̯və(n)/
Trennungschrij·ven

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) schrijf(ik) schreef
(jij) schrijft(jij) schreef
(hij) schrijft(hij) schreef
(wij) schrijven(wij) schreven
(jullie) schrijven(jullie) schreven
(gij) schrijft(gij) schreeft
(zij) schrijven(zij) schreven
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) schrijve(dat ik) schreve
(dat jij) schrijve(dat jij) schreve
(dat hij) schrijve(dat hij) schreve
(dat wij) schrijven(dat wij) schreven
(dat jullie) schrijven(dat jullie) schreven
(dat gij) schrijvet(dat gij) schrevet
(dat zij) schrijven(dat zij) schreven
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
schrijfschrijft
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
schrijvend, schrijvende(hebben) geschreven

Gebrauchsbeispiele

Hoe is het nou met die bestseller die je zou schrijven?
Hij schreef verschillende boeken over zijn avonturen in Suriname.
Uit het feit dat dit boek geschreven is, kan men zien dat zij er ten slotte precies zo over is gaan denken.

Übersetzungen

Afrikaansskep
Deutschabfassen; verfassen
Englischwrite
Esperantoverki
Färöerischseta saman; skriva
Finnischlaatia
Französischcomposer; écrire
Katalanischcrear; produir
Polnischpisać; tworzyć dzieło
Portugiesischcompor; escrever
Rumänischcompune; crea; scrie
Saterfriesischferfoatje; oufoatje; touhoopestaale
Schwedischkomponera
Spanischescribir
Westfriesischskeppe; meitsje