Information über das Wort verhaasten (Niederländisch → Esperanto: akceli)

Synonyme: accelereren, bespoedigen, gas geven, versnellen

WortartVerb

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) verhaast(ik) verhaastte
(jij) verhaast(jij) verhaastte
(hij) verhaast(hij) verhaastte
(wij) verhaasten(wij) verhaastten
(jullie) verhaasten(jullie) verhaastten
(gij) verhaast(gij) verhaasttet
(zij) verhaasten(zij) verhaastten
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) verhaaste(dat ik) verhaastte
(dat jij) verhaaste(dat jij) verhaastte
(dat hij) verhaaste(dat hij) verhaastte
(dat wij) verhaasten(dat wij) verhaastten
(dat jullie) verhaasten(dat jullie) verhaastten
(dat gij) verhaastet(dat gij) verhaasttet
(dat zij) verhaasten(dat zij) verhaastten
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
verhaastverhaast
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
verhaastend, verhaastende(hebben) verhaast

Übersetzungen

Deutschbeeilen; beschleunigen; fördern; befördern; akzelerieren
Englischaccelerate; advance; hasten
Esperantoakceli
Färöerischskunda undir
Finnischkiihdyttää
Französischaccélerer; encourager; faire progresser; favoriser; forcer; hâter; précipiter; presser; accélérer
Italienischaccelerare
Katalanischaccelerar; fer progressar
Lateinaccelerare
Portugiesischacelerar; adiantar; apressar; atirar; aumentar a velocidade de
Saterfriesischbe‐ielje; föärderje; foudels moakje; hästerje; toumoakje
Spanischacelerar; activar; adelantar; apresurar
Ungarischgyorsít