Information über das Wort zoëven (Niederländisch → Esperanto: ĵus)

Synonyme: daareven, daarnet, daarstraks, juist, net, pas, straks, zojuist, zonet, temee, zopas

Gebrauchsbeispiele

Wat heb ik zoëven gezegd?

Hij had zich zoëven niet vergist.

Hij wees op de plek waar zijn arrestant zich zoëven bevonden had.

Nu, zoals ik zoëven gezegd heb, er was van tijd tot tijd onenigheid over vrouwen.

Zoals ik zoëven al zei, ik vind het bijzonder vermoeiend met buitenlanders te praten.

Deze held heeft zoëven mijn leven gered.

Afrikaans	nou net
Deutsch	eben; gerade; just; soeben
Englisch	just now
Esperanto	ĵus
Färöerisch	beint nú; nýliga
Finnisch	juuri
Französisch	à l’instant; justement; tout à l’heure
Katalanisch	suara; tot just
Malaiisch	tadi
Papiamento	hustamente
Polnisch	dopiero co; przed chwilą
Portugiesisch	agora mesmo; neste instante
Saterfriesisch	juust ieuwen
Schwedisch	just; nyss
Spanisch	ahora mismo; hace un momento; recién
Thai	เมื่อกี้นี้; เพิ่ง; พึ่ง
Westfriesisch	just; krektsa; niis; niiskrekt; nyskes; strak; sakrekt