Informasie oor die woord kanaal (Nederlands → Esperanto: kanalo)

Sinonieme: gracht, vaart

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/kaˈnal/
Afbrekingka·naal
Geslagonsydig
Meervoudkanalen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
kanaaltjekanaaltjes

Voorbeelde van gebruik

Het scheepsverkeer op het kanaal is tot nader orde stilgelegd.

Vertalinge

Afrikaanskanaal
Albanieskanal
Deenskanal
DuitsGraben; Kanal; Wassergraben
Engelscanal; channel
Esperantokanalo
Finskanava
Franscanal
Grieksδιώρυγα; κανάλι
Hongaarscsatorna
Italiaanscanale
Jamaikaanse Patoiskianal
Katalaanscanal
Latyncanalis; via
Maleisterusan
Nederduitskanaal; kanål
Noorskanal
Papiamentskanal
Portugeescanal
Roemeenscanal
Russiesканал
SaterfriesGrääfte; Kanoal
Spaanscanal
Sranankanari
Swahilinjia ya maji
Sweedsgrav; kanal
Tagalogkanál
Thaiคลอง
Tsjeggieskanál; průplav
Turkskanal
Wes‐Friesdjip; kanaal