Informasie oor die woord beslaan (Nederlands → Esperanto: okupi)

Sinonieme: bekleden, bezetten, in beslag nemen, innemen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈslan/
Afbrekingbe·slaan

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(hij) beslaat(hij) besloeg
(zij) beslaan(zij) besloegen
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat hij) besla(dat hij) besloege
(dat zij) beslaan(dat zij) besloegen
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
beslaand, beslaande(hebben) beslagen

Vertalinge

Afrikaansbeslaan; beklee
Duitsbekleiden; besetzen; einnehmen; in Anspruch nehmen
Engelsoccupy; fill
Engels (Ou Engels)abysgian
Esperantookupi
Finsvarata
Fransoccuper
Hongaarselfolglal
Italiaansoccupare
Katalaansocupar
Noorsbesette
Papiamentsokupá; tuma
Poolszajmować
Portugeesencher; ocupar; preencher
Saterfriesbekloodje; besätte; in Anspruch nieme
Spaansdesempeñar; ocupar
Wes‐Friesbesette