Informasie oor die woord teweegbrengen (Nederlands → Esperanto: naski)

Sinonieme: baren, bevallen van, het leven schenken, het leven schenken aan, ter wereld brengen, voortbrengen, werpen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/təˈʋeɣbrɛŋə(n)/
Afbrekingte·weeg·bren·gen

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) teweegbreng (ik) teweegbracht
(jij) teweegbrengt (jij) teweegbracht
(hij) teweegbrengt (hij) teweegbracht
(wij) teweegbrengen (wij) teweegbrachten
(jullie) teweegbrengen (jullie) teweegbrachten
(gij) teweegbrengt (gij) teweegbracht
(zij) teweegbrengen (zij) teweegbrachten
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) teweegbrenge(dat ik) teweegbrachte
(dat jij) teweegbrenge(dat jij) teweegbrachte
(dat hij) teweegbrenge(dat hij) teweegbrachte
(dat wij) teweegbrengen(dat wij) teweegbrachten
(dat jullie) teweegbrengen(dat jullie) teweegbrachten
(dat gij) teweegbrenget(dat gij) teweegbrachtet
(dat zij) teweegbrengen(dat zij) teweegbrachten
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
breng teweegbrengt teweeg
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
teweegbrengend, teweegbrengende(hebben) teweeggebracht

Vertalinge

Afrikaansbaar; geboorte gee
Duitsgebären; zur Welt bringen
Engelsbear; give birth to; farrow; beget; give birth
Engels (Ou Engels)acennan
Esperantonaski
Faroëesbera í heim; føða
Finssynnyttää
Fransfaire naître; mettre au monde
Hongaarsszül
Katalaansgenerar; parir
Maleislahir
Portugeesdar a luz; parir
Saterfriesgebääre; tou de Waareld brange
Skotsgie birth
Spaansdar a luz; engendrar; parir