Informasie oor die woord haal (Nederlands → Esperanto: tiro)

Sinonieme: teug, trek

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ɦal/
Afbrekinghaal
Geslagmanlik
Meervoudhalen

Voorbeelde van gebruik

Hij dacht even na, terwijl hij een lange haal aan zijn pijp deed en nog een beetje gemakkelijker ging zitten.

Vertalinge

Afrikaanstrek
DuitsZiehung; Zug
Engelspull; tug; twitch
Esperantotiro
Portugeestirada; tiragem; tração
Spaanstracción
Tsjeggiestah