Informasie oor die woord alleen (Nederlands → Esperanto: sola)

Sinonieme: eenzaam, solitair

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/ɑˈlen/
Afbrekingal·leen

Voorbeelde van gebruik

Bij het vallen van de avond was hij daar alleen.
En u bent niet alleen?
Toen merkte hij echter dat hij alleen was.

Vertalinge

Afrikaansalleen
Albaniesvetëm
Deensalene
Duitsallein; alleinig; bloß; einzig; alleine
Engelsalone; only; single
Esperantosola
Faroëeseinsamallur
Finsyksin
Fransseul
Hongaarsegyedül
Italiaanssolo
Katalaanssol; únic
Latynsolus
Maleissendiri
Noorsalene; aleine
Papiamentsso
Poolssam
Portugeesisolado; só; sozinho; único
Roemeenssingur
Russiesодин
Saterfriesalleene; bloot; eensich; oankeld
Spaanssolo; único
Sweedsensam
Thaiคนเดียว; เดียว
Tsjeggiesjediný; sám
Turksyalnız
Wes‐Friesallinne
Yslandsaleinn; einmana; einn