Informatie over het woord speech (Westerlauwers Fries → Esperanto: alparolo)

Uitspraak/spiːtsj/
Afbrekingspeech
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtgemeenschappelijk
Meervoudspeeches, speechen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
speechkespeechkes

Voorbeelden van gebruik

Fanwegen de rein koene de speeches net bûten plakfine.

Vertalingen

Engelsspeech
Esperantoalparolo; alparolado