Informatie over het woord enmarŝi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingen·marŝ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdenmarŝas
Verleden tijdenmarŝis
Toekomende tijdenmarŝos
 
Voorwaardelijke wijs
enmarŝus
 
Gebiedende wijs
enmarŝu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdenmarŝantaenmarŝata
Verleden tijdenmarŝintaenmarŝita
Toekomende tijdenmarŝontaenmarŝota

Vertalingen

Afrikaansinstap
Nederduitsbinnentrekken
Nederlandsinbenen; binnentrekken