Informatie over het woord aĉaĵo

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Afbrekingaĉ·aĵ·o

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
Nominatiefaĉaĵoaĉaĵoj
Accusatiefaĉaĵonaĉaĵojn

Vertalingen

Duitsübles Zeug; Schund
Engelsjunk; mess