Informatie over het woord babilaĉi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingba·bil·aĉ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdbabilaĉas
Verleden tijdbabilaĉis
Toekomende tijdbabilaĉos
 
Voorwaardelijke wijs
babilaĉus
 
Gebiedende wijs
babilaĉu

Actieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdbabilaĉanta
Verleden tijdbabilaĉinta
Toekomende tijdbabilaĉonta

Vertalingen

Duitsdummes Zeug reden; sinnloses Zeug reden; Stuß reden; quatschen; schnattern
Engelswaffle
Nederlandskletsen; lullen; meieren; ouwehoeren; snateren; wauwelen; zemelen