Informatie over het woord vivigi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingviv·ig·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdvivigas
Verleden tijdvivigis
Toekomende tijdvivigos
 
Voorwaardelijke wijs
vivigus
 
Gebiedende wijs
vivigu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdvivigantavivigata
Verleden tijdvivigintavivigita
Toekomende tijdvivigontavivigota

Vertalingen

Duitsbeleben
Engelsanimate
Nederlandsverlevendigen
Portugeesanimar; vivificar