Informatie over het woord forvojaĝi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingfor·voj·aĝ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdforvojaĝas
Verleden tijdforvojaĝis
Toekomende tijdforvojaĝos
 
Voorwaardelijke wijs
forvojaĝus
 
Gebiedende wijs
forvojaĝu

Actieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdforvojaĝanta
Verleden tijdforvojaĝinta
Toekomende tijdforvojaĝonta

Vertalingen

Deensrejse bort
Duitsabreisen
Engelsdepart; leave; set out
Nederlandsafreizen; op reis gaan
Westerlauwers Friesôfreizgje