Informatie over het woord fandiĝi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingfand·iĝ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdfandiĝas
Verleden tijdfandiĝis
Toekomende tijdfandiĝos
 
Voorwaardelijke wijs
fandiĝus

Actieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdfandiĝanta
Verleden tijdfandiĝinta
Toekomende tijdfandiĝonta

Vertalingen

Deenssmelte
Duitsschmelzen; flüssig werden; sich auflösen; zergehen
Engelsmelt
Jamaicaans Creoolsmelt
Nederlandsdoorbranden; smelten; versmelten; vloeibaar worden
Portugeesderreter‐se; fundir‐se
Saterfriessmilte
Spaansderretirse
Tsjechischroztát; tát; tavit
Zweedssmälta