Informatie over het woord celi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingcel·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdcelas
Verleden tijdcelis
Toekomende tijdcelos
 
Voorwaardelijke wijs
celus
 
Gebiedende wijs
celu

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdcelantacelata
Verleden tijdcelintacelita
Toekomende tijdcelontacelota

Vertalingen

Afrikaansmik
Engelsaim; target; take aim at
Nederlandsmikken; onder schot nemen; richten op; mikken op; op de korrel nemen
Papiamentsmek