Informasie oor die woord build (Engels → Esperanto: ĉarpenti)

Sinonieme: build from wood, carpenter, build up

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bɪld/
Afbrekingbuild
Shaw‐alfabet𐑚𐑦𐑤𐑛
Deseret‐alfabet𐐺𐐮𐑊𐐼

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(I) build(I) built
(thou) buildest(thou) builtst, builtest
(he) builds, buildeth(he) built
(we) build(we) built
(you) build(you) built
(they) build(they) built
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(I) build (I) built
(thou) build(thou) built
(he) build(he) built
(we) build(we) built
(you) build(you) built
(they) build(they) built
Gebiedende wys
build
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
buildingbuilt

Vertalinge

Duitszimmern; zusammenzimmern; zurechtzimmern
Esperantoĉarpenti
Finsveistää
Franscharpenter
Katalaansembigar; fustejar; fusterejar
Nederlandsbouwen; timmeren
Portugeescarpintejar; construir de madeira; desbastar
Saterfriestimmerje
Spaanscarpintear
Sranantemre
Sweedssnickra
Wes‐Friestimmerje