Informatie over het woord Anwesentheit (Duits → Esperanto: ĉeesto)

Synoniemen: Gegenwart, Beisein

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtvrouwelijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefAnwesentheit
GenitiefAnwesentheit
DatiefAnwesentheit
AccusatiefAnwesentheit

Vertalingen

Afrikaansaanwesigheid; teenwoordigheid
Engelspresence; attendance
Esperantoĉeesto; alesto
Fransprésence
Italiaanspresenza
Nederlandsaanwezigheid; bijzijn; presentie; tegenwoordigheid
Papiamentspresensia
Spaanspresencia
Westerlauwers Friesbywêzen; bywêzichheid; oanwêzigens
Zweedsnärvaro