Informatie over het woord Burg (Duits → Esperanto: burgo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtvrouwelijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefBurgBurgen
GenitiefBurgBurgen
DatiefBurgBurgen
AccusatiefBurgBurgen

Vertalingen

Afrikaansburg
Engelsfortified building
Esperantoburgo
Faeröersborg; býur
Nederlandsburcht; kasteel
Portugeesaldeia; arrabalde; burgo; castelo; vila
Spaansburgo