Informatie over het woord Freitag (Duits → Esperanto: vendredo)

Uitspraak/ˈfraɪ̯taːk/
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtmanlijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefFreitagFreitage
GenitiefFreitags, FreitagesFreitage
DatiefFreitag, FreitageFreitage
AccusatiefFreitagFreitage

Vertalingen

AfrikaansVrydag
Catalaansdivendres
Deensfredag
EngelsFriday
Engels (Oudengels)Frigedæg
Esperantovendredo
Faeröersfríggjadagur
Finsperjantai
Fransvendredi
Hongaarspéntek
IJslandsföstudagur
Italiaansvenerdì
Jamaicaans CreoolsFraide
MaleisJumat
Nederduitsvrydag
Nederlandsvrijdag
Noorsfredag
Papiamentsdjabièrna; djabièrnè
Poolspiątek
Portugeessexta‐feira
Roemeensvineri
SaterfriesFräindai
Schots-GaelischDi‐haoine
Spaansviernes
Srananfreyda
SwahiliIjumaa
Thaisวันศุกร์
Tsjechischpátek
Turkscuma
Welsdydd Gwener
Westerlauwers Friesfreed
Zweedsfredag