Informatie over het woord Ei (Duits → Esperanto: ovo)

Uitspraak/aɪ/
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtonzijdig

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefEiEier
GenitiefEis, EiesEier
DatiefEi, EieEiern
AccusatiefEiEier

Vertalingen

Afrikaanseier
Catalaansou; òvul
Deensæg
Engelsegg
Engels (Oudengels)æg
Esperantoovo
Faeröersegg
Finsmuna
Fransœuf
Grieksαβγό
Grieks (Oudgrieks)ᾠόν
Hongaarstojás
IJslandsegg
Italiaansuovo
Jiddischביצה; אײ
Latijnovum
LuxemburgsEe
Maleistelur
Nederlandsei
Noorsegg
Papiamentswebo; webu
Poolsjajko
Portugeesovo
Roemeensou
Russischяйцо
SaterfriesOai
Schots-Gaelischugh
Spaanshuevo
Srananeksi
Swahiliyai
Tagalogitlóg
Thaisไข่
Tsjechischvajíčko; vejce
Turksyumurta
Welswy
Westerlauwers Friesaai
Zweedsägg