Informasie oor die woord Nahrung (Duits → Esperanto: nutraĵo)

Sinonieme: Ernährung, Futter, Nahrungsmittel

Woordsoortselfstandige naamwoord
Geslagvroulik

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefNahrung
GenitiefNahrung
DatiefNahrung
AkkusatiefNahrung

Vertalinge

Afrikaanskos
Deensnæring
Engelsfood; nourishment
Engels (Ou Engels)andleofen; biwist; foda; fostor; mete
Esperantonutraĵo; nutro
Faroëesføði
Fransaliment; nourriture; pâture
Hongaarstáplálék
Italiaansalimento; cibo
Jamaikaanse Patoisfuud
Katalaansaliment
Nederduitsvödelse
Nederlandskost; voeder; voeding; voedingsmiddel; voedsel; voer
Noorsnæring
Papiamentsalimento
Portugeesalimento
SaterfriesÄrneerenge; Fodder
Skots-Gaeliesbiadh
Spaansalimento; alimentación
Tsjeggiespotravina
Wes‐Friesfiedsel