Informasie oor die woord Gerücht (Duits → Esperanto: onidiro)

Sinoniem: Gerede

Uitspraak/ɡəˈrʏçt/
AfbrekingGe·rücht
Woordsoortselfstandige naamwoord
Geslagonsydig

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefGerüchtGerüchte
GenitiefGerüchts, GerüchtesGerüchte
DatiefGerücht, GerüchteGerüchten
AkkusatiefGerüchtGerüchte

Voorbeelde van gebruik

Über seinen Gesundheitszustand gab es zudem bereits seit Jahren Gerüchte.

Vertalinge

Afrikaansgerug
Deensrygte
Engelsrumour
Esperantoonidiro
Latynfama
Nederlandsgerucht; praatje
Papiamentsrumor
Portugeesboato; diz‐que‐diz‐que
Spaansbulo; habladuría; rumor
Sweedsrykte
Wes‐Friesgeroft