Informatie over het woord boot (Afrikaans → Esperanto: boato)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈbʊə̯t/
Afbrekingboot
Meervoudbote

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
bootjiebootjies

Voorbeelden van gebruik

Die boot was sowat 30 m onder die oppervlak.
Sommige inwoners moes selfs per boot of helikopter uit die gebied gered word.

Vertalingen

Albaneeslundra
Catalaansbarca de rems
Deensbåd
DuitsBoot
Engelsboat
Engels (Oudengels)bat
Esperantoboato
Faeröersbátur
Finssoutuvene
Fransbarque; bateau
Grieksβάρκα; καΐκι
Hongaarscsónak
IJslandsbátur
Italiaansbarca
Jamaicaans Creoolsbuot
Latijnalveus; cumba; cymba; navia; scapha
Maleiskapal
Nederlandsboot; schuit
Noorsbåt
Papiamentsboto
Poolsłodź
Portugeesbarco; batel; bote; canoa; escaler
Russischлодка; бот
SaterfriesBoot
Schotsboat
Schots-Gaelischbàta
Spaansbote; lancha
Srananboto
Swahilimashua
Tagalogbanká; lundáy
Thaisเรือ
Tsjechischčlun; loďka
Turksgemi; kayık; sandal
Westerlauwers Friesboat
Zweedsbåt