Nederlânsk–Frysk wurdboek
Fryske oersetting fan it Nederlânske wurd scheiden
Nederlânsk | Frysk (net rjochtstreeks oerset) | Esperanto |
---|---|---|
(afscheiden; afzonderen; schiften) | ôfskiede ; ôfsûnderje | |
🔗 Het is nauwelijks mogelijk om jou van hem te scheiden, zelfs wanneer hij naar een geheime vergadering wordt geroepen en jij niet. | ||
dekorearje | ||
scheidsgerecht (arbitrage) | arbitraazje | |
(aflaten; ophouden; stoppen; uitscheiden met; afbreken) | ôfbrekke | |
🔗 Ik schei ermee uit. | ||
(sterven; vergaan; overlijden) | ||
(heengaan; ontslapen; sterven; het tijdelijke voor het eeuwige verwisselen) | deagean ; | |
verscheiden (overlijden) | ||
verscheiden (dood; heengaan; sterfgeval; ontslapen) |