Nederlands–Spaans woordenboek
Spaanse vertaling van het Nederlandse woord huisbaas
| Nederlands | Spaans (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (chef; gebieder; gezagvoerder) | amo ; capitán ; caudillo ; comandante ; dueño ; jefe ; patrón | |
🔗 Die baas zit in Italië en het is de vraag of Henk hem wel opbelt. | ||
| (chef) | jefe | |
| (chef; hoofd; leider) | amo ; capitán ; caudillo ; comandante ; jefe ; patrón | |
🔗 Trumps eigen minister van Justitie, William Barr, bracht zijn baas afgelopen dinsdag verder in verlegenheid. | ||
🔗 Zeker 40.000 huizen in de hoofdstad Manilla zijn verwoest. | ||
Vertaling door derde partijen:
- propietario (Bing)
Het woord huisbaas kon door ons niet in de geselecteerde doeltaal vertaald worden.