Nederlands–Spaans woordenboek
Spaanse vertaling van het Nederlandse woord aankomen
Nederlands | Spaans (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(arriveren; belanden) | ||
🔗 Hoe laat kwamen jullie daar aan? | ||
(aanraken; toucheren) | estar en contacto ; tocar | |
(erg zijn; ter zake doen; uitmaken) | importar | |
🔗 Het komt er niet op aan. | ||
(aanstaand; komend) | entrante ; próximo | |
🔗 Het zou gaan om de voorbereiding op een aankomend Oekraïens offensief tegen Rusland. | ||
🔗 Op de dag na aankomst zult u een telegram uit Engeland ontvangen. | ||
sumar | ||
🔗 Dat komt dan op € 108,16. | ||
venir | ||
🔗 Maar stil, wie komt daar? |