Nederlands–Portugees woordenboek
Portugese vertaling van het Nederlandse woord aanrijden
Nederlands | Portugees (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
<ir a um lugar> | alveturi | |
(aanrijden; voorrijden) | <ir a um lugar> | alveturi |
🔗 Er komt een auto aanrijden. | ||
andar a cavalo ; cavalgar ; montar | ||
🔗 Langzaam reden wij langs het water verder. | ||
(gaan; karren) | andar ; ir ; rodar ; viajar | |
🔗 Ik zou niet graag in dat oude wagentje rijden dat u daar hebt! | ||
(chaufferen; vervoeren) | conduzir ; transportar | |
🔗 Daarna kan ik jou naar het vliegveld rijden. | ||
viagem |