Nederlands–Frans woordenboek
Franse vertaling van het Nederlandse woord aanvang
Nederlands | Frans (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(begin; ontstaan) | début | |
🔗 In de aanvang zat hij aan mijn voeten en leerde de wijsheid kennen. | ||
(aanvangen; beginnen; ingaan) | débuter | |
🔗 De jacht nam een aanvang! | ||
(aanvaarden; beginnen; beginnen aan; beginnen met; inzetten; starten; een begin maken met) | ; commencer | |
(beginnen; ingaan; ertoe overgaan; een aanvang nemen; inzetten) | débuter | |
🔗 Daarom zal ik aanvangen u beiden te onderzoeken op alcoholmisbruik. | ||
(in het begin; in eerste instantie) | ||
🔗 De reus had aanvankelijk niet in de gaten dat hij benaderd werd. |