Nederlands–Fins woordenboek
Finse vertaling van het Nederlandse woord aansluiten
Nederlands | Fins (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(verbinden) | kytkeä | |
🔗 Dit betekende dat de beide motoren aangesloten waren. Twee toestellen zijn in serie aangesloten op een wisselspanning van 100 V. | ||
(zich aaneensluiten; zich verenigen) | liittyä | |
(verbinden; liëren) | sitoa | |
(corresponderen) | vaihtaa kirjeitä | |
(dichtdoen; dichtmaken; toedoen) | sulkea | |
🔗 Is de deur goed gesloten? | ||
(afsluiten; op slot doen; dichtsluiten) | lukita | |
🔗 Daarom liep hij zwijgend naar de deur, sloot die en stak de sleutel in zijn zak. |