Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord wezen

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(zijn)
🔗 Hoe oud waart ge toen?
(zijn)
(zijn)
(essence; essentie; kern)
()
🔗 Het wezen deed een stap naar voren.
(zijn; zitten)
🔗 Welnu, het zij zo.
(zijn)
🔗 Hoe zou het geweest zijn als ik een dochter had gehad in plaats van een zoon?
(wezenlijk)
esence
🔗 Deze gedachte is in wezen een religieuze.
()
🔗 Het type computer dat voor het bankwezen gebruikt wordt, is ongeveer gelijk aan dat voor de effectenhandel.
🔗 De tot levenslang veroordeelde seriemoordenaar Samuel Little is op tachtigjarige leeftijd overleden in een ziekenhuis in Californië, laat het gevangeniswezen van de staat donderdag weten.
gilda sistemo
(loodsdienst)
pilota servo
🔗 Hij propte de twee lange blauwe jassen en de twee petten van het loodswezen in de tassen bij de twee pistolen.
superega estulo
🔗 Uit opiniepeilingen blijkt dat 30 miljoen Amerikanen niet geloven of ten minste twijfelen aan het bestaan van een almachtig opperwezen.
schoolwezen
instruaferoj
🔗 De drie auteurs zijn deskundig binnen het toneelwezen.
transportwezen
(overbrenging; transporteren)
asekurismo
🔗 Dit vond hij ten slotte in het verzekeringswezen en nu haast hij zich voortdurend achter Hobbel aan met een tas vol polissen, die zekerheid kunnen geven van de wieg tot het graf.
vliegwezen
(luchtvaart)
(; )
(weeskind)
🔗 Hij verongelukte en het meisje bleef als wees zonder een cent achter.
(essentieel; intrinsiek)
🔗 Het maakte een wezenlijk deel uit van hun religie.
(essentieel; in wezen; substantieel; intrinsiek)
esence
(echt; in werkelijkheid; werkelijk; daadwerkelijk)
(daadwerkelijk; echt; reëel; werkelijk)
(uitdrukkingsloos)
spiritforesta
apatie
🔗 De man keek hem wezenloos aan.
senesprime
(aanduiden; aangeven; aanwijzen; beduiden; uitduiden; wijzen op)
🔗 Wie heeft jullie de grot gewezen?