Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord snoeplust

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
snoeplust
(snoepzucht)
(begeerte; verlangen; wens; zin; zucht; meug)
🔗 Hebt u lust met me mee te gaan?
(neiging; zin)
🔗 Had je geen lust om te gaan zwemmen, Tom?
(wellust)
snoep
(snoepgoed; zoet; zoetigheid)
snoep
(snoepgoed)
snoep
(lekkers; snoepgoed)
frandaĵoj