Woordenboek Nederlands–Esperanto
Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord rijm
Nederlands | Esperanto |
---|---|
(rijp) | |
🔗 Toen leerde hij hun een rijm dat zij moesten zingen als zij het ongeluk zouden hebben om de volgende dag in gevaar of moeilijkheden te raken. | |
(assonantie) | |
(refrein) | () |
fuŝrimi | |
🔗 Is dat met elkaar te rijmen? | |
interkonsentigi | |
( alkonformigi ) | |
(berijmen) | rimi |
rimiĝi | |
🔗 Zolang het maar een beetje rijmde, was alles in orde. | |
(blank) | senrima |
stafrijm (alliteratie; allitteratie) |