Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord prikkel

Nederlands	Esperanto
prikkel (angel; stekel)	pikilo
🔗 Mijn handen staan beter naar het breekijzer dan naar de spade of de prikkel.
prikkel (stimulans)	stimulilo
prikkel (aansporing; prikkeling)	stimulo
prik (lamprei)	petromizo
prik (steek; stoot)	piko
prikkelen (aanstoken; ophitsen; opstoken; opjutten)	inciti
🔗 Deze woorden prikkelden de reiziger.
prikkelen	pikadi
prikkelen (de sporen geven)	sproni
prikkelen (aanporren; aansporen; aanvuren; stimuleren)	stimuli
🔗 De brief prikkelde de nieuwsgierigheid van de ingenieur in hoge mate.
prikkelen	eksciti
prikkelen (irriteren)	agaci
prikkelend (pikant)	pikanta