Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord genoegen

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(behagen; welbehagen; welgevallen)
🔗 Maar mag ik vragen met wie ik het genoegen heb te spreken?
(plezier; pret; vermaak)
🔗 Het was de bezoeker duidelijk dat de ambtenaar daar niet voor zijn genoegen verwijlde.
()
🔗 De aanblik van zo een mooi meisje deed hem veel genoegen.
🔗 Professor Prlwytzkofski nam geen genoegen met deze verklaring.
plezuriĝi pro
🔗 Zoudt ge er genoegen in scheppen met mij Cerin Amroth te beklimmen?
met genoegen
(gaarne; graag)
(aangenaam; behaaglijk; leuk; prettig; plezant)
🔗 Het zou er dan ook recht genoeglijk geweest zijn wanneer de storm niet door allerlei openingen in de rots naar binnen had gegierd.
(plezierig; leuk)
(misnoegen)
🔗 Met de staking willen de bonden hun ongenoegen uiten over de plannen van het kabinet.