Woordenboek Nederlands–Esperanto
Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord broedpaar
Nederlands | Esperanto |
---|---|
kovparo | |
🔗 Het aantal broedparen daalde dramatisch van 50.000 in 1975 tot minder dan 7.500 nu. | |
(bebroeden; broeden op) | |
🔗 Daar broedt altijd een roodborsttapuit. | |
(duo; stel; tweetal) | () |
(duo; span; stel; tweetal) | |
🔗 Met vijfhonderd paar handen schoot het werk vlug op. | |
(koppel; paartje) | |
🔗 Ruim tienduizend paren brengen hier hun jongen groot. |