Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord aanbreng
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(aanpassen) | ||
(aandragen; brengen) | ||
🔗 Zodoende werden er dagelijks niet meer dan gemiddeld drie aangebracht, terwijl gerekend was op minstens tien. | ||
(aangeven) | denounce |
Nederlands | Engels |
---|---|
aanbreng | dowry; marriage portion; portion |
aanbrengen | apply; bring; bring in; carry; delate; denounce; fit; fit on; fit up; fix; fix up; inform on; installation; introduce; let; make; place; put up; recruit; yield; touch in |