Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord smooth
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
smooth (even; flat; level) | ; ; | |
smooth | ; ; | |
smooth (make smooth; flatten) | ; ; ; | |
smooth (even; level; flatten; roll) | ||
smooth amaranth (smooth pigweed; red amaranth; green amaranth; slim amaranth) | ; groene amarant | |
smooth hawksbeard | klein streepzaad | malgranda krepido |
smooth Japanese maple (Japanese maple; palmate maple) | Japanse esdoorn | |
smooth luffa (Egyptian cucumber; Vietnamese luffa; Vietnamese loofah; vegetable‐sponge) | ; | egipta lufo |
smooth meadow‐grass (common meadow‐grass) | ||
smooth pigweed (smooth amaranth; red amaranth; green amaranth; slim amaranth) | ; groene amarant | |
smoothness | ||
smoothness | ; ; vlotheid |
Engels | Nederlands |
---|---|
smooth | bewimpelen; bijschaven; doen bedaren; effen; effenen; effen maken; egaal; gelijk; gelijk maken; glad; gladmaken; glad maken; gladschaven; gladstrijken; overdreven vriendelijk; polijsten; rimpelloos; slijmerig; smeuïg; strijken; uitstrijken; vlak; vleierig; vloeiend; vlot; zacht |
as smooth as a mirror | spiegelglad |
smooth amaranth | basterdamarant; groene amarant |
smooth away | gladstrijken; wegstrijken |
smooth down | effenen; gladstrijken; wegstrijken |
smooth hawksbeard | klein streepzaad |
smooth Japanese maple | Japanse esdoorn |
smooth luffa | nenwa; sponskomkommer |
smooth matters over | de plooien gladstrijken |
smooth meadow‐grass | veldbeemdgras |
smooth out | effenen; gladstrijken; wegstrijken |
smooth over | bemantelen; effenen; plooien; uit de weg ruimen; vergoelijken |
smooth pigweed | basterdamarant; groene amarant |
smooth the way | de weg effenen |
take the rough with the smooth | tegenslagen voor lief nemen |
through rough and smooth | in voor‐ en tegenspoed |
smooth‐bore | gladloops |
smooth‐faced | baardeloos; glad; met een gladgeschoren gezicht; met een uitgestreken gezicht |
smooth‐haired | gladharig |
smoothly | gesmeerd; glad; gladjes; vloeiend; vlot; vlotweg |
smoothness | effenheid; gelijkheid; gladheid; vlotheid |
smooth‐spoken | glad van tong |
smooth‐tongued | glad van tong |