Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord shopkeeper

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
shopkeeper
(boutique)
;
(mart)

EngelsNederlands
shopkeepermiddenstander; winkelier
keeperanker; bewaarder; bewaker; cipier; conservator; curator; doelman; doelverdediger; hoeder; hoedster; houder; keeper; oppasser; opzichter; schutring; sluitknip; suppoost; verzorger; wachter; wicket‐keeper
shopatelier; boodschappen doen; toko; verlinken; werkplaats; winkel; winkelen