Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord retirement
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
retirement (annuity; pension) | ||
retirement pension | ||
retire | ; met pensioen gaan | |
retire (go on pension) | ||
retire (go to bed; hit the sack; hit the hay; bed; go to rest; retire for the night; retire to bed; retire to rest) | gaan slapen ; naar bed gaan | |
(back down; back off; back out; backtrack; recede; recoil; relent; retreat; withdraw; pull back) | ; | |
🔗 Those whom I indicate may retire. |
Engels | Nederlands |
---|---|
retirement | aftreden; afzondering; eenzaamheid; ontslag; pensionering; teruggetrokkenheid; terugtrekking; uittreding |
early retirement | vervroegde uittreding; vut |
retirement pension | ouderdomsrente; ouderdomsverzekering |
retire | <de eetkamer verlaten om naar de salon te gaan>; aftreden; intrekken; met emeritaat gaan; met pensioen gaan; ontslaan; ontslag nemen; pensioen nemen; pensioneren; retireren; stil gaan leven; te ruste gaan; ter ruste gaan; terugtrekken; terugwijken; uittreden; wijken; zich afzonderen; zich te ruste begeven; zich ter ruste begeven; zich terugtrekken; zich verwijderen; zijn ontslag nemen |