Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord resurge
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
resurgence (resurrection) | verrijzenis | |
(dash; hurtle; rush; leap; spring; shoot forward; spank; zip) | voorwaarts stormen ; zich werpen op | |
(impetus; momentum; rush) | ; ; ; | |
🔗 That has strained the Russian government’s finances, which are also under pressure from a surge in spending to pay for the ongoing war. |
Engels | Nederlands |
---|---|
resurge | weer opstaan |
resurgence | herleving; hernieuwing; vernieuwing; verrijzenis; wederopstanding |
resurgent | herrijzend; opkomend; wederopstandeling; weer opstaand |
surge | deinen; golf; golven; schrikken; slagzee; stortzee; stromen |