Duits–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Duitse woord schlagen

Duits → Nederlands
  
DuitsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
Schlagen
(Klopfen; Anklopfen)
;
(hauen; prügeln; klopfen; ausklopfen; aufschlagen); ; ;
(klopfen; pochen; aufschlagen; auffallen);
auseinander schlagen
(zerschlagen; in Stücke schlagen)
sich schlagen
zich stoten
(ablehnen; versagen; verweigern); ; ; ; ; ;
(ablehnen)
het oneens zijn
anschlagen
;
beginnen te blaffen
anschlagen
;
aufschlagen
(aufrichten)
; ; ; ; ; ;
aufschlagen
(hauen; schlagen)
; ; ;
aufschlagen
; ; ;
aufschlagen
(schlagen)
;
aufschlagen
(umschlagen)
tegen de haren in strijken
ausschlagen
(ablehnen)
; ; ; ; ; ;
ausschlagen
(sprießen)
;
ausschlagen
(ausklopfen)
ausschlagen
;
weerspannig zijn
;
durchschlagen
zich een weg banen
erschlagen
(schlachten; abschlachten; niedermetzeln; hinmorden; morden)
fehlschlagen
(scheitern)
een miskraam krijgen
;
fehlschlagen
(scheitern)
;
in het water vallen
;
schipbreuk lijden
;
Golfschläger
nachschlagen
;
niederschlagen
(Schlaganfall)
(Streich); ; ; ; ;
(Streich); ; ; ;
tik
;
; ;
(Art; Gattung); ;
Schläger
;
Schlägerei
(Rauferei)
; ;
Schlagobers
(Schlagsahne)
slagroom
batita kremo
Schlagsahne
slagroom
batita kremo
(Drums);
slagwerk
;
umschlagen
(einschlagen; umhüllen)
; ; ; ;
envolvi
umschlagen
(aufschlagen)
tegen de haren in strijken
; ; ;
🔗 Was schlagen Sie vor?
zerschlagen
zurückschlagen
;
zusammenschlagen
tegen elkaar stoten
klakfermi