Duits–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Duitse woord schaffen

Duits → Nederlands
  
DuitsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
Schaffen
(Erschaffung; Schöpfung)
;
scheppingswerk
(erschaffen); ;
(verursachen; machen)
doen ontstaan
; ; ; ; ; ; ;
(aufheben)
(aufheben); ;
anschaffen
(besorgen)
; ; ;
anschaffen
; ; ; ;
voorzien van
anschaffen
(erwerben)
;
erschaffen
(schaffen)
; ;
erschaffen
(verursachen)
; ;
fortschaffen
(beseitigen; entfernen)
; ; ;
fortschaffen
; ;
laten afvloeien
; ;
Geschöpf
;
schaffend
(erschaffend; schöpferisch; Schaffens‐; Schöpfer‐)
scheppend
;
Schöpfer
Schöpfer
Schöpfer
(Autor; Urheber; Verfasser)
;
Schöpfung
(Erschaffen; Erschaffung; Werk)
Schöpfung
(Schaffen; Erschaffung)
;
scheppingswerk
Schöpfung
(Werk)
;