Nederlands–Afrikaanse woordeboek

Afrikaanse vertaling van die Nederlandse woord schepsel

Nederlands → Afrikaans
  
NederlandsAfrikaans (onregstreeks vertaal)Esperanto
(maken)
🔗 Het zegt u niets dat op deze plek heerlijke meesterwerken geschapen zijn.
(hozen)
(opscheppen)
(creëren; maken)
🔗 Tom Poes had intussen het heuveltje beklommen waar heer Ollie zijn beeltenis uit graniet had geschapen.
🔗 In den beginne schiep God de hemel en de aarde.

NederlandsAfrikaansEngels
schepselbees; handlanger; kreatuur; skepsel; werktuig; wesecreature
schepselas vroumens aanspreek; bysit; laat gedra soos ’n vrou; maitresse; vrou; vroue‐; vroumenswoman