Dictionnaire néerlandais–français
Traduction française du mot néerlandais gratie
néerlandais | français (traduit indirectement) | espéranto |
---|---|---|
(genade; vergeving; vergiffenis) | pardon | |
🔗 Ik weet dat iemand heeft verraden dat ik de dief gratie heb geschonken. | ||
charme ; grâce | ||
🔗 Ik kwam zonder tegenspoed in Dun Cruighre aan, een stad gespeend van elke gratie. | ||
(begenadigen) | amnistier | |
🔗 Trump heeft eveneens huurling Nicholas Slatten van Blackwater gratie verleend. | ||
(bevallig; sierlijk) | gracieux ; mignon | |
🔗 De oude man maakte een diepe, gracieuze buiging. |