English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word retreat

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
retreat (march off; disappear; expire; decease; pass away)	aftrekken	forpasi
retreat (recede; recoil; relent; retire; withdraw; back off; back down; back out; backtrack; pull back)	aftrekken ; retireren ; zich terugtrekken	retiriĝi
retreat (withdrawal)	aftocht ; retraite	retiriĝo
retreat (withdrawal)	aftocht	retreto
retreat (decline; going down; fall; regression; setback)	achterúítgang ; teruggang ; verloop ; vermindering	regreso
retreat	zich terugtrekken	retreti
🔗 The Ukrainian general staff said early on Friday that retreating Russian forces were trying to evacuate wounded personnel and damaged military equipment near Charkiv.
retreat (place of refuge; shelter; sanctuary; haven; refuge)	heenkomen ; schuilplaats ; toeverlaat ; toevlucht ; toevluchtsoord	rifuĝejo
🔗 This is a tranquil retreat.
retreat (resting‐place; lounge; home of rest; rest‐home)	rustoord	ripozejo

English	Dutch
retreat	⇆ afdeinzen; ⇆ aftocht; ⇆ aftrekken; ⇆ afzondering; ⇆ asiel; ⇆ retireren; ⇆ retraite; ⇆ rustoord; ⇆ sein tot aftocht; ⇆ taptoe; ⇆ terugtocht; ⇆ terugtreding; ⇆ terugtrekken; ⇆ terugwijken; ⇆ terugzetten; ⇆ wijken; ⇆ wijkplaats; ⇆ zich terugtrekken
beat a retreat	⇆ de aftocht blazen; ⇆ wegtrekken
hold a retreat	⇆ retraite houen
make good one’s retreat	⇆ weten te ontkomen
sound a retreat	⇆ de aftocht blazen
sound the retreat	⇆ de aftocht blazen