English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word boost

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(reenforcement)
sterking
;
versterking
(strengthen)

EnglishDutch
boost aanjaagdruk; duwen; een zetje geven; in de hoogte steken; opdrijven; ophef; opkammerij; opsteker; opvoeren; pousseren; reclame; reclame maken voor; stimulans; stimuleren; stimulus; versterken; zetje
booster aanjager; booster; hulpdynamo; startraket; stuwraket; versterker