Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word wijn

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Ik dronk mijn wijn op.
(cider)
banana wine
bananvino
🔗 Gesneden houten kommen met zoetige, bedrieglijk mild smakende bananenwijn gingen van hand tot hand.
(brandy; sterke drank)
🔗 Hij rook naar brandewijn.
(champagne)
champagne
(malvezij)
Moselle
muscatel
🔗 Zelfs de trage Athelstane leek uit zijn lusteloosheid te zijn ontwaakt en had om een grote beker muskaatwijn geroepen, die hij op de gezondheid van de Onterfde Ridder uitdronk.
Rhine‐wine
;
hock
rejnlanda vino
(sake; saki)
vruchtenwijn
🔗 Hij peuzelde het hoen op, dronk de wijnfles leeg en maakte het zich vervolgens zo gemakkelijk als maar mogelijk was.
wine‐glass
🔗 Gersen ledigde zijn wijnglas en ging weg in het verflauwende zonlicht.
🔗 Wijnmakers, voedselproducenten en schoenenfabrikanten in heel Europa krijgen gunstigere exportmogelijkheden.
wijnsteen
(tandsteen)
tartar

DutchEnglish
wijn wine
droge wijn dry wine
geest van wijn spirit of wine; spirits of wine
water in de wijn doen water one’s wine; climb down
appelwijn cider
bananenwijn banana wine
bisschopswijn mulled wine
Bordeauxwijn claret
Bourgognewijn burgundy
brandewijn aqua vitae; brandy; spirits
kinawijn quinine wine
kruidenwijn spiced wine
landwijn simple, regional wine
malvezijwijn malmsey
Moezelwijn Moselle; Moselle wine
muskaatwijn muscat; muscatel
palmwijn toddy; palm‐wine
portwijn port; port‐wine
Rijnwijn hock; Rhine‐wine
rijstwijn rice wine
schuimwijn sparkling wine
staalwijn steel wine
tafelwijn table wine
vruchtenwijn fruit wine; country wine
wijnfles winebottle
wijnglas wine‐glass
wijnhandelaar wine merchant
wijnkelder cellar; wine cellar
wijnkelner wine waiter
wijnmaker vintner
wijnmakerij winery
wijnpokken chicken‐pox
wijnproeverij wine tasting
wijnsteen argal; tartar; tartaric